Schrif­te­lijke vragen Jansen over de duiven­pro­ble­matiek in Heerlen


Je zult maar duif zijn in Heerlen

Indiendatum: 5 mrt. 2021

1. Kent het college het artikel uit De Limburger van 4 maart 2021 “Heerlen kopieert Belgische methode: stadsduiven ‘aan de pil’ om overlast te beperken”?

2. Is het college het met de PvdD eens dat problemen het best bij de oorzaak aangepast kunnen worden in plaats van symptomatisch?

3. Is het college het met de PvdD eens dat de oorzaak van de duivenpoepoverlast gelegen is in de voedselresten op straat in het centrum, waardoor hier veel duiven te vinden zijn?

4. Erkent het college dat het het “onvruchtbaar” maken van de duiven dus een symptomatische oplossing is?

5. Vorig jaar heeft het college een voerverbod voor duiven ingesteld.

  • Voor welke delen van Heerlen geldt dit verbod?
  • Hoe wordt dit verbod ter plekke bekend gemaakt aan de bezoekers van deze gebieden?
  • Hoe wordt dit verbod gehandhaafd?
  • Ziet het college effect van dit verbod?
  • Is het college het met de PvdD eens dat duidelijk via bordjes aangegeven moet worden dat niet gevoerd mag worden en dat dit verbod streng gehandhaafd moet worden om effect te kunnen sorteren?
  • Hoe gaat het college aan bovenstaande vorm geven?

6. In het recente verleden heeft het college besloten om in Heerlen afvalbakken te verwijderen. Is het college het met de PvdD eens dat dit contra-productief werkt bij het tegengaan van voedselresten op straat en daarmee bij het tegengaan van duivenpoepoverlast? Wanneer gaat het college juist meer afvalbakken plaatsen en de afvalbakken vaker legen? Niet alleen tegen voedselresten op straat, maar ook tegen ander zwerfvuil is dit een oplossing.

7. Het college wil buiten het centrum de duiven voeren met behandelde mais. De behandeling van de mais met nicarbazine is echter niet nodig als men de duiven het centrum uit lokt door ze elders te voeren. Waarom plaatst het college geen duiventillen buiten het centrum waar de dieren zo nodig bijgevoerd kunnen worden; dit in combinatie met de maatregelen die hierboven genoemd worden? PvdD verzoekt het college om dit te overwegen.

8. Erkent het college de volgende risico’s van het voeren van duiven met mais die met nicarbazine behandeld is? Andere vogels (v.b. duiven van duivenhouders) die van de behandelde mais eten, worden ook onvruchtbaar. Andere dieren die van de behandelde mais eten, kunnen onbekende bij- werkingen ondergaan. De kans is groot dat het middel ook andere bijwerkingen op de duiven heeft dan het niet uitkomen van de eieren. Stel je voor: het middel is in oorsprong bedoeld om coccidiose te behandelen, een darmaandoening. Het wordt oraal (via de bek) gegeven. De bijwerking het niet uitkomen van de eieren, betekent dat het middel door de darm opgenomen wordt. Het verspreidt zich dus door heel het lichaam. Hoe waarschijnlijk acht het college het dat het middel daarna alleen effect heeft op de eieren?!

Indiendatum: 5 mrt. 2021
Antwoorddatum: 6 apr. 2021

Geachte mevrouw Géron,

Naar aanleiding van uw vragen d.d. 5 maart 2021 inzake Duivenoverlast delen wij u het volgende mede.

Vraag 1) Kent het college het artikel uit De Limburger van 4 maart 2021 “Heerlen kopieert Belgische methode: stadsduiven ‘aan de pil’ om overlast te beperken”?

Ja.

Vraag 2) Is het college het met de PvdD eens dat problemen het best bij de oorzaak aangepast kunnen worden in plaats van symptomatisch?

Het belangrijkste is dat maatregelen effectief zijn. Wij zoeken naar een effectieve mix van maatregelen om problemen van inwoners en ondernemers te verminderen waarbij we dierenwelzijn als randvoorwaarde hebben gesteld.

Vraag 3) Is het college het met de PvdD eens dat de oorzaak van de duiven-poepoverlast gelegen is in de voedselresten op straat in het centrum, waardoor hier veel duiven te vinden zijn?

De poepoverlast is het directe gevolg van het grote aantal duiven. Daarnaast klopt het dat er in het centrum door de aanwezigheid van publiek, eetgelegenheden, afval, voedselresten en mensen die de duiven voeren een concentratie van duiven is. Daarom treffen we maatregelen om de aanwezigheid van voedselresten te beperken én aanvullende maatregelen om het aantal duiven te verminderen.

Vraag 4) Erkent het college dat het “onvruchtbaar” maken van de duiven dus een symptomatische oplossing is?

Onze oplossing richt zich zowel op het aantal duiven als bron van de grote hoeveelheid poep, als op de aanwezigheid van voedsel voor de duiven in het centrum. Naar onze mening pakken we het probleem aan bij de bron. Voor het college is het belangrijk dat de maatregelen ‘effectief’ zijn en de overlastproblemen aangepakt worden op een diervriendelijke manier.

Vraag 5a) Vorig jaar heeft het college een voerverbod voor duiven ingesteld. Voor welke delen van Heerlen geldt dit verbod?

Het verbod geldt op hoofdlijnen voor het centrum van Heerlen, het gebied rond de visvijvers van Meezenbroek en een gebied rond kasteel Hoensbroek. Voor de precieze locaties verwijzen we naar de gepubliceerde besluiten.

Vraag 5b) Hoe wordt dit verbod ter plekke bekend gemaakt aan de bezoekers van deze gebieden?

Het verbod is bekend gemaakt via officiële publicatie, persbericht en door publicatie via al onze gemeentelijke communicatiemiddelen. Daarnaast worden mensen ter plekke gewezen op het voerverbod.

Vraag 5c) Hoe wordt dit verbod gehandhaafd?

Door onze Boa’s.

Vraag 5d) Ziet het college effect van dit verbod?

Tot op heden nauwelijks. Zoals we eerder meldden in de raadsinformatie brief van 8 februari waren er problemen met het boetebesluit wat handhavingsmogelijkheden belemmerden. Bovendien had de aanpak van de duivenoverlast door corona niet de hoogste prioriteit in de handhaving.

Vraag 5e) Is het college het met de PvdD eens dat duidelijk via bordjes aangegeven moet worden dat niet gevoerd mag worden en dat dit verbod streng gehandhaafd moet worden om effect te kunnen sorteren?

Bekendmaking en handhaving zijn noodzakelijk, maar er zijn grenzen aan wat je er mee kunt bereiken. Je kunt er niet mee voorkomen dat duiven in een centrum niet meer gevoerd worden. Om de duivenpopulatie kleiner te maken zijn aanvullende maatregelen nodig.

Vraag 5f) Hoe gaat het college aan bovenstaande vorm geven?

Door de in de raadsinformatiebrief BWV-21000981 beschreven aanpak. (https://portal.ibabs.eu/Agenda/View/137ba0d3-fa26-4e44-a02b- a4524cd8feae/100000020/2021).

Vraag 6) In het recente verleden heeft het college besloten om in Heerlen afvalbakken te verwijderen. Is het college het met de PvdD eens dat dit contraproductief werkt bij het tegengaan van voedselresten op straat en daarmee bij het tegengaan van duivenpoepoverlast? Wanneer gaat het college juist meer afvalbakken plaatsen en de afvalbakken vaker legen? Niet alleen tegen voedselresten op straat, maar ook tegen ander zwerfvuil is dit een oplossing.

Het aantal afvalbakken is zoals al vaker gemeld een gevolg van een door de raad gemaakte keuze in het kader van bezuinigingen. Echter, ook wij hebben geconstateerd dat de prullenbakken in het centrum met regelmaat vol zijn. Om die reden gaat het sociaal werkbedrijf Werk voor Heerlen de prullenbakken vaker ledigen. Daarnaast zijn de prullenbakken in het centrum twee jaar geleden vervangen door grotere exemplaren om de capaciteit te vergroten.

Vraag 7) Het college wil buiten het centrum de duiven voeren met behandelde mais. De behandeling van de mais met nicarbazine is echter niet nodig als men de duiven het centrum uit lokt door ze elders te voeren. Waarom plaatst het college geen duiventillen buiten het centrum waar de dieren zo nodig bijgevoerd kunnen worden; dit in combinatie met de maatregelen die hierboven genoemd worden? PvdD verzoekt het college om dit te overwegen.

Duiventillen zijn overwogen als instrument om geboorte van duiven te beperken. Zoals vermeld in de raadsinformatiebrief heeft advies van de Nederlandse postduiven vereniging en van dierenartsen uitgewezen dat de slaagkans gering is. Wilde duiven hebben niet geleerd in een duiventil te gaan.

Vraag 8) Erkent het college de volgende risico’s van het voeren van duiven met mais die met nicarbazine behandeld is? Andere vogels (v.b. duiven van duivenhouders) die van de behandelde mais eten, worden ook onvruchtbaar. Andere dieren die van de behandelde mais eten, kunnen onbekende bijwerkingen ondergaan. De kans is groot dat het middel ook andere bijwerkingen op de duiven heeft dan het niet uitkomen van de eieren. Stel je voor: het middel is in oorsprong bedoeld om coccidiose te behandelen, een darmaandoening. Het wordt oraal (via de bek) gegeven. De bijwerking het niet uitkomen van de eieren, betekent dat het middel door de darm opgenomen wordt. Het verspreidt zich dus door heel het lichaam. Hoe waarschijnlijk acht het college het dat het middel daarna alleen effect heeft op de eieren?!

Wij zijn hierin niet deskundig. We hebben advies gezocht bij dierenartsen en hebben geput uit deskundige bronnen in België, waar de methode met succes wordt toegepast.

Vraag 9) Vindt het college het geen tijd dat wij leren om samen te leven met de dieren om ons heen zoals zij zijn, i.p.v. telkens de dieren en de natuur aan te willen passen aan onze mensenwensen? Waar baseert het college de aanname op dat het college moreel kan en mag bepalen of deze niet gehouden dieren zich voortplanten?

Het is de verantwoordelijkheid en taak van ons college om problemen in onze Heerlense samenleving aan te pakken en waar mogelijk op te lossen. Dat doen we in deze kwestie met inachtneming van het welzijn van de duiven.

Vraag 10) Welk effect verwacht het college van een strikte handhaving van het verbod om roofvogels te vergiftigen? Onder meer roofvogels zorgen voor een natuurlijke duiven-, ratten- en muizenstand.

Wij zijn niet op de hoogte van vergiftigingen van roofvogels. Tot op heden zijn er in Heerlen-Centrum geen tekenen van de aanwezigheid van roofvogels die de duivenstand beïnvloeden.

Vraag 11) Is het college op de hoogte van het repertorium van betreffend middel? Hierin staat onder meer dat (bij-)werkingen bij andere diersoorten of de mens niet zijn uit te sluiten en dat de risico’s voor de wilde fauna en de volksgezondheid weinig zijn onderzocht. Als waarschuwing wordt vermeld: “Contact met huid of slijmvliezen dient te worden vermeden door het dragen van aangepaste beschermkledij en handschoenen bij het hanteren van het product.” Denkt het college dat toepassing zonder risico’s is? Verder: Dierenartsen dienen het gebruik van het product af te wegen tegen andere bestrijdingsmethodes. Als dierenarts adviseer ik andere methodes, namelijk de oorzaak wegnemen = de etensresten op straat voorkomen en opruimen en het plaatsen van duiventillen op plaatsen waar men geen last van duivenpoep ondervindt. Algemeen veterinair advies i.v.m. coccidiose is: Duiven kunnen tegen de coccidiën weerstand opbouwen en moeten daarom alleen behandeld worden met een anti-coccidiosemiddel als ze ziekteverschijnselen vertonen. Heeft het college dit in beschouwing genomen bij de beslissing om nicarbazine te gaan inzetten? https://www.vetcompendium.be/n...

We hebben ons laten adviseren door dierenartsen en informatie gehaald via Vets for Citypigeons. Onze conclusie is dat dit een effectieve en diervriendelijke aanpak is om het probleem aan te pakken.

Vraag 12) Een onderzoek van de WUR naar dit middel laat zien dat recirculatie via de mest kan optreden en dat het middel kan worden teruggevonden in borstspieren en (vooral) in lever. Dieren en mensen die behandelde duiven eten, krijgen het middel op deze manier binnen. Vindt het college deze waarneming een reden om het plan geen doorgang te laten vinden? https://edepot.wur.nl/254122

Op basis van ons onderzoek (zie ook antwoord 11) menen wij dat dit een verantwoorde effectieve en diervriendelijke aanpak is.

Vraag 13) Uit onderzoek in Barcelona lijkt er geen toxiciteit voor dieren die behandelde duiven eten, maar er is niet gekeken naar resistentievorming van coccidiën tegen het middel. Dit risico lijkt groot, juist omdat de roofvogels na het eten van behandelde duiven, of andere dieren zoals konijnen (beschermd!) na het eten van de behandelde mais, relatief lage hoeveelheden van het middel binnenkrijgen, waardoor resistentievorming gestimuleerd wordt. https://ajuntament.barcelona.cat/ecologiaurbana/en/ethical-pigeon-con-trolin- barcelona/nicarbazin https://www.eaglewatch.nl/ziek...

Wij wijzen nogmaals op de onderzoeken en ervaringen in België.

https://www.vetsforcitypigeons...

Vraag 14) Kan het college aangeven hoe het beoogde middel met nicarbazine in Nederland geregistreerd is (als diergeneesmiddel, voederadditief of bestrijdingsmiddel) voor de indicatie anticonceptie bij duiven? https://ajuntament.barcelona.cat/ecologiaurbana/en/ethical-pigeon-control-in- barcelona/nicarbazin https://www.eaglewatch.nl/ziek...

Het middel is niet geregistreerd in Nederland. Met een zogenaamde cascaderegeling zal dit middel worden toegepast in Heerlen (Besluit dierengeneeskundigen, geldend vanaf 1-6-2019 t/m heden; Hoofdstuk 5; Artikel 5.1. Cascade voor dieren die niet voor de productie van levensmiddelen zijn bestemd).

Hoogachtend,
burgemeester en wethouders van Heerlen,

de gemeentesecretaris a.i. de locoburgemeester, L. Schouterden P.M.A. van Zutphen