Schriftelijke vragen Plusquin Roze Zaterdag in Heerlen
Indiendatum: 31 jul. 2020
- De portefeuillehouder geeft aan dat Heerlen al sinds 2009 een regenbooggemeente is en hieromtrent iedere drie jaar een nieuwe overeenkomst met het Rijk tekent. Volgens de informatie van de PvdD-fractie is Heerlen sinds 2008 koplopergemeente. In 2014 werden koplopergemeenten pas Regenbooggemeenten genoemd door het ministerie van OCW. Daartoe wordt een intentieverklaring getekend en geen overeenkomst. Kan het college aangeven of deze aanname van de PvdD-fractie correct is?
-
Het Rijk stort voor Regenbooggemeente jaarlijks €20.000 euro op het Gemeentefonds; Regenbooggemeenten leggen zelf ook €20.000 in. Dat geldt voor iedere Regenbooggemeente. Kunt u aangeven en onderbouwen hoezo gemeente Heerlen de Regenbooggemeente met de hoogste eigen bijdrage in Limburg is? Kunt u een vergelijk bijvoegen met de eigen bijdragen van andere Regenbooggemeenten? Zo nee, waarom niet?
-
Kunt u aangeven of Heerlen de lijn van andere gemeenten volgt dat als er Regenbooggelden worden overgehouden1, deze door de uitvoerende organisatie (i.e. COC Limburg) behouden mogen worden voor activiteiten in opvolgende jaren? Kunt u uw antwoord onderbouwen?
-
Is de Gender & Sexuality Alliance een organisatie met vrijwilligers zoals het college aangeeft? Of is het een netwerk waar ook docenten deel van uit maken?
-
Kan het college uiteenzetten sinds wanneer het maatjesproject van LHBTI-vluchtelingen in het AZC loopt en wat de resultaten hiervan zijn? Kan het college aangeven of dit maatjesproject alleen betaald wordt uit Regenbooggelden of ook uit COA gelden? Kan het college een verdeling van de gelden bijvoegen?
-
Betreffen de Scouting-gesprekken van het college gesprekken met Jong NL en/of JNL? Of lopen er ook nog aparte gesprekken met Scouting?
-
Deelt het college de mening van de PvdD-fractie dat Roze Zaterdag niet een feestelijke dag is maar een evenement met feestelijke activiteiten? Zo ja, waarom wordt het dan een feestelijke dag genoemd?
-
Is het college het met de PvdD-fractie eens dat Roze Zaterdag vooral in het teken staat van bewustwording, ontmoeting en emancipatie? Zo ja, erkent het college dat deze dag nog steeds hard nodig is, ook in de gemeente Heerlen?
-
Wat zou het college beletten om verhoogde aandacht te blijven geven aan het thema na een Roze Zaterdag?
-
Waar baseert het college de uitspraak “dat de boodschap van Roze Zaterdag alleen beklijft als er vervolgens verhoogde aandacht voor het thema blijft en dat dit een probleem in de meeste organiserende steden is” op? Graag een uitgebreide onderbouwing van deze uitspraak.
-
Er was landelijke aandacht voor het transgenderstel dat zich genoodzaakt zag te verhuizen vanwege aanhoudend geweld en intimidatie. Het probleem voor de betrokkenen is dan wellicht “opgelost” maar is het college van mening dat het probleem daadwerkelijk is opgelost? Kunt u het antwoord toelichten? Vindt het college dat andere financiële keuzes belangrijker zijn in Heerlen dan de veiligheid van kwetsbare groepen?
-
Op pagina 2 van de RIB staat dat zowel de gemeente als de organisatie een bidbook indient. Klopt het dat de gemeente een intentieverklaring indient betreffende Roze Zaterdag en de organisatie het Bidbook? Zo ja, waarom staat dat er niet?
-
Is het college ervan op de hoogte dat de organisatiefinanciering van Roze Zaterdag in 2015 volledig door het COC is behartigd?
-
Kunt u het bedrag van €55.000 ambtelijke inzet onderbouwen? Zo nee, waarom niet?
-
Waarom stelt het college dat potentiële sponsoren niet eenvoudig te vinden zijn?
-
Kan het college reflecteren op de conclusie van de NTR-interviewer2 dat Heerlen een Roze Zaterdag niet nodig heeft en niet kan betalen?
-
Hoe komt het college tot de uitspraak dat het COC Limburg een tekort aan vrijwilligers heeft? Hoe verhoudt zich dit tot de reactie van de directeur van het COC die in het NTR-interview aangeeft wel voldoende vrijwilligers te kunnen vinden?
-
Voorgaande leidt bij de PvdD-fractie tot twijfels. Heeft het college überhaupt met COC Limburg gesproken? De RIB impliceert van wel, de website van COC Limburg3 stelt dat de organisatie teleurgesteld is dat er niet met COC Limburg is gesproken en dat het COC dit zeer betreurt omdat er tot een creatieve oplossing gekomen had kunnen worden. Dit wordt ook bevestigd door het NTR-interview met portefeuillehouder van Zutphen en de directeur van COC Limburg. Hoe denkt het college hierover?
-
Is het college van mening dat er met deze RIB recht is gedaan aan de breed gedragen motie? Kan het college reflecteren op de kwaliteit en inhoud van deze RIB, met andere woorden, is dit een voorbeeld hoe een RIB eruit hoort te zien?
-
Kan het college aangeven welke kansen het organiseren van Roze Zaterdag oplevert voor de gemeente Heerlen, haar inwoners en ondernemers?
Met verbazing en teleurstelling hebben we kennisgenomen van de Raadsinformatiebrief d.d. 7/7/20201 over Roze Zaterdag en profilering LHBTI-beleid; de uitlatingen van de wethouder op NTR-radio op 19 juli jl. en de berichtgeving in de Limburger.
__________________________________________________
1https://ris2.ibabs.eu/Reports/ViewListEntry/Heerlen/fa60527a-0f6b-4b7d-8f25-82490e154935.
2 Hetgeen zeker in 2020 reeel is door Covid-19.
3https://www.ntr.nl/Kwesties/194/detail/Kwesties/PREPR_NTR_16175912#content.
4https://www.coclimburg.nl/roze-zaterdag-heerlen-2023-gaat-niet-door/.
Indiendatum:
31 jul. 2020
Antwoorddatum: 16 sep. 2020
Vraag 1) De portefeuillehouder geeft aan dat Heerlen al sinds 2009 een regenbooggemeente
is en hieromtrent iedere drie jaar een nieuwe overeenkomst met het Rijk tekent.
Volgens de informatie van de PvdD-fractie is Heerlen sinds 2008
koplopergemeente. In 2014 werden koploper-gemeenten pas
Regenbooggemeenten genoemd door het ministerie van OCW. Daartoe wordt een
intentieverklaring getekend en geen overeenkomst. Kan het college aangeven of
deze aanname van de PvdD-fractie correct is?
De gemeente Heerlen heeft de ‘koploperovereenkomst lesbisch- en homo- emancipatiebeleid’ op 24 maart 2009 ondertekend. Deze overeenkomst tussen de gemeente Heerlen en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) is op 6 mei 2009 in de Staatscourant gepubliceerd en heeft betrekking op de jaren 2009- 2011. Inderdaad is er sinds 2014 een intentieverklaring van de Regenboogsteden en de minister van OCW van toepassing. De strekking daarvan is vergelijkbaar met de koploperovereenkomst, maar het heeft een andere naam.
Vraag 2) Het Rijk stort voor Regenbooggemeente jaarlijks €20.000 euro op het
Gemeentefonds; Regenbooggemeenten leggen zelf ook €20.000 in. Dat geldt voor
iedere Regenbooggemeente. Kunt u aangeven en onderbouwen hoezo gemeente
Heerlen de Regenbooggemeente met de hoogste eigen bijdrage in Limburg is? Kunt
u een vergelijk bijvoegen met de eigen bijdragen van andere
Regenbooggemeenten? Zo nee, waarom niet?
De huidige intentieverklaring Regenbooggemeenten geeft aan dat de
Regenbooggemeenten een equivalent budget en/of personele capaciteit
beschikbaar stellen als cofinanciering van het budget dat het ministerie van OCW
jaarlijks ter beschikking stelt. Het ministerie van OCW heeft in een brief van 8
november 2019 echter laten weten dat de rijkssubsidie niet afhankelijk is van
cofinanciering vanuit de gemeente. De gemeenten hebben ook volledige beleids-en
bestedingsvrijheid ten aanzien van de rijkssubsidie. Het betreft namelijk een
decentralisatie-uitkering in het gemeentefonds, wat betekent dat de gemeente dit
bedrag naar eigen inzicht mag inzetten en dat er achteraf geen verantwoording
over hoeft plaats te vinden. Dit heeft het ministerie bevestigd in de brief van 8
november 2019.
De Limburgse Regenboogsteden hebben er in 2020 voor gekozen om de bijdrage van het rijk te matchen via het beschikbaar stellen van een budget en/of ambtelijke uren voor de uitvoering van regenboogactiviteiten. De gemeente Heerlen is de enige Limburgse gemeente die het budget van het ministerie matcht met een equivalent activiteitenbudget in het kader van het regenboogbeleid.
Het is niet aan de gemeente Heerlen om de financiële bijdrage van andere gemeenten openbaar te maken.
Vraag 3) Kunt u aangeven of Heerlen de lijn van andere gemeenten volgt dat als er
Regenbooggelden worden overgehouden, deze door de uitvoerende organisatie (i.e.
COC Limburg) behouden mogen worden voor activiteiten in opvolgende jaren? Kunt
u uw antwoord onderbouwen?
Het COC heeft voor 2020 van Heerlen een bedrag van € 40.000 gekregen voor de uitvoering van het regenboogbeleid. Een aanzienlijk deel van de activiteiten van het COC kan door corona helaas echter niet doorgaan. Er wordt op dit moment nagedacht over het verzoek van het COC om de restant subsidie 2020 over te hevelen naar 2021.
Vraag 4) Is de Gender & Sexuality Alliance een organisatie met vrijwilligers zoals het college
aangeeft? Of is het een netwerk waar ook docenten deel van uit maken?
Een Gender & Sexuality Alliance (GSA) is een groep scholieren die vindt dat iedereen op hun school de vrijheid heeft te kunnen zijn wie ze zijn, zonder zich daarvoor te hoeven schamen of te verantwoorden, aldus de omschrijving op de website van GSA Nederland. De GSA wordt ondersteund door vrijwilligers van het COC. Bij GSA’s draait het om de leerlingen: het zijn de leerlingen die een GSA beginnen en ook de leerlingen die de acties uitvoeren. Meestal worden ze daarbij geholpen en gesteund door een docent, maar het is de bedoeling dat het initiatief vooral vanuit de leerlingen zelf komt.
Vraag 5) Kan het college uiteenzetten sinds wanneer het maatjesproject van LHBTI-
vluchtelingen in het AZC loopt en wat de resultaten hiervan zijn? Kan het college
aangeven of dit maatjesproject alleen betaald wordt uit Regenbooggelden of ook uit
COA gelden? Kan het college een verdeling van de gelden bijvoegen?
Het maatjesproject in het AZC is in 2019 door het COC gestart. Het is nog niet geëvalueerd. Wel is al duidelijk dat het voorziet in een behoefte: het COC geeft aan dat het aantal aanvragen voor een maatje het aanbod momenteel overstijgt. Het COC is daarom nu op zoek naar meer maatjes. De maatjes zijn vrijwilligers en krijgen van het COC achteraf een vergoeding voor gemaakte onkosten als die er zijn. Om de LHBTI-vluchtelingen die nog wachten op een maatje, al tegemoet te komen (en omdat de activiteiten van werkgroep Cocktail vanwege corona stil hebben gelegen), is er in Heerlen een community hub gestart. Een vrijwilliger gaat dan met vier à vijf LHBTI-vluchtelingen in gesprek en/of gaat iets met hen ondernemen.
De gemeente Heerlen heeft voor 2020 een activiteitenbudget voor biculturele LHBT’s ter beschikking gesteld van € 3.500. Het COA betaalt de reiskosten van de vluchteling als deze naar een informatieve bijeenkomst gaat, bijvoorbeeld van de werkgroep Cocktail in Maastricht. De werkgroep Cocktail zet zich in voor biculturele LHBTI’s en LHBTI-vluchtelingen. De activiteiten van Cocktail zijn in de eerste week van september weer opgepakt, met inachtneming van de coronamaatregelen.
Vraag 6) Betreffen de Scouting-gesprekken van het college gesprekken met Jong NL en/of
JNL? Of lopen er ook nog aparte gesprekken met Scouting?
Het COC Limburg heeft op provinciale schaal gesproken met Jong NL. Het COC laat weten dat het gesprek met Scouting Limburg vanwege de corona-uitbraak nog niet is gestart. Het COC wil dit wel nog oppakken. Het COC wil graag samenwerken met scouting-verenigingen en Jong NL. Ook wil het COC een workshop aanbieden aan de groepsleiders van scouting en Jong NL. De gemeente Heerlen ondersteunt dit idee en heeft bij het COC aangegeven hier desgewenst over mee te willen denken.
Vraag 7) Deelt het college de mening van de PvdD-fractie dat Roze Zaterdag niet een
feestelijke dag is maar een evenement met feestelijke activiteiten? Zo ja, waarom
wordt het dan een feestelijke dag genoemd?
Het is niet onze bedoeling om bij de term ‘feestelijk’ het doel van Roze Zaterdag te kort te doen. Zoals de RIB al aangeeft, is het doel van Roze Zaterdag om de acceptatie van seksuele diversiteit te vergroten. Roze Zaterdag is een dag van ontmoeting die een emancipatoir, demonstratief en politiek karakter draagt, maar ook een dag waarop de vrijheid en tolerantie gevierd worden. De Roze Zaterdag is traditioneel een vrolijke dag.
Vraag 8) Is het college het met de PvdD-fractie eens dat Roze Zaterdag vooral in het teken
staat van bewustwording, ontmoeting en emancipatie? Zo ja, erkent het college dat
deze dag nog steeds hard nodig is, ook in de gemeente Heerlen?
Het college geeft in de RIB reeds aan dat Roze Zaterdag een feestelijke dag van bewustwording, ontmoeting en emancipatie is. Het college deelt dus uw mening. Inzet voor de acceptatie en veiligheid van LHBTI-inwoners is nog steeds hard nodig, ook in Heerlen. Daarom zet Heerlen zich het hele jaar met behulp van het COC in voor de veiligheid en acceptatie van onze LHBTI-inwoners.
Vraag 9) Wat zou het college beletten om verhoogde aandacht te blijven geven aan het
thema na een Roze Zaterdag?
Het college wil inzetten op een blijvende verhoogde aandacht voor het LHBTI- beleid. Door een creatieve inzet van middelen en communicatiekanalen en met behulp van het COC willen we ons regenboogbeleid graag laten zien aan de stad. Daar willen we niet mee wachten tot er een Roze Zaterdag is.
Vraag 10) Waar baseert het college de uitspraak “dat de boodschap van Roze Zaterdag alleen
beklijft als er vervolgens verhoogde aandacht voor het thema blijft en dat dit een
probleem in de meeste organiserende steden is” op? Graag een uitgebreide
onderbouwing van deze uitspraak.
Het doel van Roze Zaterdag is om de aandacht te vestigen op het belang van de acceptatie van seksuele diversiteit. Bewustwording ontstaat zelden ineens, het is gebruikelijk een proces waarbij inzicht ontstaat. Herhaling van de boodschap helpt daarbij. Het belang van verhoogde aandacht voor het thema is daarom een aandachtspunt en zou in de planvorming voor een Roze Zaterdag al meegenomen moeten worden. Op het moment dat een gemeente de aandacht van de inwoners voor de belangen van de LHBTI-inwoners na de Roze Zaterdag niet vast weet te houden, raakt het bij veel niet-LHBTI-inwoners weer naar de achtergrond. In een aantal steden lukt het om de publieke aandacht gericht te houden op het belang van een inclusieve stad waarin LHBTI’s geaccepteerd worden en zich veilig voelen. Veel andere organiserende steden gaan na de Roze Zaterdag uiteindelijk weer terug naar het reguliere programma dat voor de Roze Zaterdag ook ingezet werd. Er is dan weliswaar veel aandacht van de gemeente en belangenorganisaties voor het thema, bijvoorbeeld door belangrijke projecten in het onderwijs en de zorg, maar die bereiken een aanzienlijk deel van de inwoners niet.
Vraag 11) Er was landelijke aandacht voor het transgenderstel dat zich genoodzaakt zag te
verhuizen vanwege aanhoudend geweld en intimidatie. Het probleem voor de
betrokkenen is dan wellicht “opgelost” maar is het college van mening dat het
probleem daadwerkelijk is opgelost? Kunt u het antwoord toelichten? Vindt het
college dat andere financiële keuzes belangrijker zijn in Heerlen dan de veiligheid
van kwetsbare groepen?
Het probleem dat LHBTI-inwoners te maken hebben met discriminatie, gevoelens van onveiligheid of van niet geaccepteerd worden, is met het verhuizen van het transgenderstel niet voorbij. De gemeente Heerlen staat voor een inclusieve en tolerante stad en daar zetten we ons samen met onze partners zoals het COC en de politie voor in. Het college vindt niet dat andere financiële keuzes belangrijker zijn in Heerlen dan de veiligheid van kwetsbare groepen. Daarom heeft de financiële bijdrage van de gemeente Heerlen met betrekking tot het reguliere LHBTI-beleid nooit ter discussie gestaan, ook niet in tijden waarin er fiks bezuinigd moet worden.
Vraag 12) Op pagina 2 van de RIB staat dat zowel de gemeente als de organisatie een
bidbook indient. Klopt het dat de gemeente een intentieverklaring indient
betreffende Roze Zaterdag en de organisatie het Bidbook? Zo ja, waarom staat dat
er niet?
Als een gemeente in aanmerking wil komen voor de organisatie van Roze Zaterdag, dan kan de gemeente een bidbook in laten dienen. Zo staat dit ook in de RIB vermeld. Gemeenten kunnen dit niet zelf. De organisatie die de Roze Zaterdag organiseert, levert het bidbook in. Dit gebeurt in samenspraak met de gemeente die zich verbindt aan het bidbook door het afgeven van een intentieverklaring.
Vraag 13) Is het college ervan op de hoogte dat de organisatiefinanciering van Roze Zaterdag
in 2015 volledig door het COC is behartigd?
De gemeente Maastricht heeft zich voor een budget van € 50.000 verbonden aan de organisatie van Roze Zaterdag. Dit is meegenomen in het bidbook van Maastricht. Het COC diende het overige budget te verzamelen, wat gelukt is via bijdragen van sponsoren.
Vraag 14) Kunt u het bedrag van €55.000 ambtelijke inzet onderbouwen? Zo nee, waarom
niet?
De gemeente kan ervoor kiezen om de organisatie van Roze Zaterdag en de
voorafgaande Roze Week c.q. het Roze Jaar volledig neer te leggen bij de
uitvoerende organisatie. De gemeente kan er ook voor kiezen om zelf nauw
betrokken te zijn bij zowel planvorming als uitvoering. Steden die voor dat laatste
hebben gekozen, laten weten dat het een fikse tijdsinvestering vraagt van de
ambtelijke organisatie. Te denken valt er aan het meewerken aan een bidbook,
meedenken over externe subsidieaanvragen/sponsoring en contacten leggen met
maatschappelijke en commerciële partners en eventuele andere participerende
steden, deelname aan overleggen en werkgroepen, meewerken aan de uitvoering,
het organiseren van evenementenbeheer, vergunning-behandeling, het nemen van
veiligheidsmaatregelen, etc. Heerlen wil het regenboogbeleid graag samen met het
COC vorm geven, zodat er een kruisbestuiving ontstaat. Het COC heeft onmisbare
kennis over de doelgroep en het thema, de gemeente Heerlen is een echte
evenementenstad en kan op dat gebied expertise inbrengen. Het organiseren van
een Roze Zaterdag vergt een fikse tijdsinvestering van zowel het COC als de
gemeente.
Vraag 15) Waarom stelt het college dat potentiële sponsoren niet eenvoudig te vinden zijn?
Het college stelt dit in het licht van de onzekerheid gedurende de coronacrisis, zoals ook vermeld in de RIB. Het is niet ondenkbaar dat de coronacrisis de mogelijkheden van potentiële sponsoren flink heeft verkleind. Bovendien weten we niet hoe lang het duurt voordat de coronaperiode afgesloten kan worden en wat de gevolgen van deze crisisperiode zijn. Wij vragen ons af of sponsoren zich in deze onzekere tijd willen committeren aan sponsoring.
We beseffen dat dit niets zegt over 2023, hopelijk is de coronacrisis dan allang voorbij en gaat het dan economisch goed met onze ondernemers. Het bidbook voor 2023 moet echter nu gemaakt worden. En nu zeggen we als gemeente dat er momenteel te veel financiële onzekerheden zijn bij zowel de gemeente als bij eventuele partners in de maatschappij om een bid uit te brengen.
Vraag 16) Kan het college reflecteren op de conclusie van de NTR-interviewer dat Heerlen een
Roze Zaterdag niet nodig heeft en niet kan betalen?
Die uitspraak komt voor rekening van de NTR-interviewer en daar willen we deze ook laten. Heerlen heeft nooit gezegd dat we een Roze Zaterdag niet nodig hebben, alleen dat de tijd momenteel financieel te onzeker is om nu een intentie voor 2023 uit te spreken.
Vraag 17) Hoe komt het college tot de uitspraak dat het COC Limburg een tekort aan
vrijwilligers heeft? Hoe verhoudt zich dit tot de reactie van de directeur van het
COC die in het NTR-interview aangeeft wel voldoende vrijwilligers te kunnen
vinden?
Het college heeft niet gezegd dat het COC Limburg in zijn geheel een tekort aan
vrijwilligers heeft voor de organisatie van een Roze Zaterdag. Op dit moment heeft
het COC Limburg voor een aantal activiteiten te weinig vrijwilligers in Heerlen. Er
komen namelijk nog weinig COC-vrijwilligers uit Heerlen en Parkstad. De gemeente
Heerlen heeft aangegeven graag te willen helpen bij het zoeken naar nieuwe
vrijwilligers, zodat er een stevig fundament aan vrijwilligers voor de LHBTI-
activiteiten in Heerlen gebouwd kan worden. Dit komt de verduurzaming van de
reguliere regenboogactiviteiten in Heerlen ten goede.
Vraag 18) Voorgaande leidt bij de PvdD-fractie tot twijfels. Heeft het college überhaupt met
COC Limburg gesproken? De RIB impliceert van wel, de website van COC Limburg
stelt dat de organisatie teleurgesteld is dat er niet met COC Limburg is gesproken
en dat het COC dit zeer betreurt omdat er tot een creatieve oplossing gekomen had
kunnen worden. Dit wordt ook bevestigd door het NTR-interview met
portefeuillehouder van Zutphen en de directeur van COC Limburg. Hoe denkt het
college hierover?
Voordat het college een besluit genomen heeft, is er met het COC gesproken over
de uitvoering van het regenboogbeleid in coronatijd en daarna, over het lage aantal
vrijwilligers dat uit Heerlen komt en over hoe de gemeente kan helpen bij het
zoeken naar nieuwe vrijwilligers door gebruik te maken van gemeentelijke
informatiekanalen. Tevens is in het gesprek aangegeven dat de gemeente Heerlen
in een financieel onzekere situatie verkeert, waardoor de middelen ontbreken om
een Roze Zaterdag te organiseren. Bovendien zorgt de coronaperiode in de
maatschappij voor veel onzekerheden, ook bij ondernemers en eventuele
partnersteden. Het COC heeft er, mede op basis van de ervaringen die zijn
opgedaan bij het organiseren van de Roze Zaterdag in Maastricht in 2015,
vertrouwen in dat er een creatieve oplossing gevonden kan worden voor de kosten
die Roze Zaterdag met zich meebrengt, maar het college wil graag meer financiële
zekerheid alvorens nu een intentie uit te spreken voor de organisatie van Roze
Zaterdag in 2023. De situatie bij zowel de gemeente als in de maatschappij is sinds
2015 significant veranderd.
We blijven in gesprek met het COC over het vormgeven van het regenboogbeleid
van de gemeente Heerlen en het verhogen van de zichtbaarheid van onze
activiteiten.
Vraag 19) Is het college van mening dat er met deze RIB recht is gedaan aan de breed
gedragen motie? Kan het college reflecteren op de kwaliteit en inhoud van deze
RIB, met andere woorden, is dit een voorbeeld hoe een RIB eruit hoort te zien?
Het college heeft welwillend naar de mogelijkheid van een Roze Zaterdag in Heerlen
gekeken. Er zijn volgens het college nu echter te veel (met name financieel)
onzekere factoren om ja te kunnen zeggen tegen een bid voor 2023. Dit is aldus
verwoord in de RIB. We betreuren het als de RIB onvoldoende duidelijk heeft
gemaakt dat we de belangen van de doelgroep LHBTI een zeer warm hart
toedragen en ons daarvoor willen blijven inzetten. Ook was het niet onze bedoeling
om het belang van het doel van de Roze Zaterdag, namelijk het verhogen van de
acceptatie van seksuele diversiteit, te kort te doen.
Vraag 20) Kan het college aangeven welke kansen het organiseren van Roze Zaterdag
oplevert voor de gemeente Heerlen, haar inwoners en ondernemers?
Belangrijke doelen van Roze Zaterdag zijn bewustwording ten aanzien van het belang van de acceptatie van diversiteit en van tolerantie in onze stad; het laat zien dat de gemeente Heerlen staat voor een inclusieve stad waarin iedereen zichzelf mag zijn. Een Roze Zaterdag in Heerlen trekt naar verwachting zo’n 15.000 bezoekers (gebaseerd op het aantal bezoekers van Maastricht in 2015). Dit levert inkomsten op voor de middenstand in Heerlen. Het levert de gemeente Heerlen geen financiële voordelen op.
Hoogachtend,
burgemeester en wethouders van Heerlen
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen Geron Mobiliteit voor, tijdens en na corona
Lees verderSchriftelijke vragen Plusquin Gang van zaken rondom gunning Stadsatelier
Lees verder