Schrif­te­lijke vragen Géron Samen­werking gemeente Heerlen met de in opspraak geraakte oud-gede­pu­teerde van CDA-huize


Indiendatum: 31 mrt. 2021

Geacht college,

“Limburgs oud-gedeputeerde Herman Vrehen is uit zijn functie als directeur van de stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen in Limburg (hierna: IKL) gezet. Vrehen zou bij IKL medewerkers inhuren aan minstens €20 per uur via zijn eigen uitzendbedrijven. Daarbij huurt Vrehen ook al acht jaar lang zichzelf in als directeur van IKL, en dat aan een tarief dat tweemaal hoger ligt dan is toegestaan door de toezichthouder op de goede doelen. Ook zouden Vrehens eigen producten verkocht worden via IKL. Dit heeft geleid tot extern onderzoek bij IKL en de provincie Limburg. Twee Limburgse CDA-gedeputeerden zijn hierop afgetreden. Ook wordt er hierover een extra provinciale staten-vergadering gehouden.”

De fractie van Partij voor de Dieren wil graag weten welke gevolgen het beleid van de oud-gedeputeerde van CDA huize voor de gemeente Heerlen heeft gehad. Dit leidt tot de volgende vragen.

  1. Is er door het Heerlense college samengewerkt met IKL in de periode 2011 tot op heden, dus terwijl de betreffende oud-gedeputeerde daarvan directeur was ? Zo ja, wanneer, hoe heeft deze samenwerking plaatsgevonden en hoeveel heeft het college betaald voor de samenwerking ?

  2. Onlangs haakte de gemeente Heerlen in bij een initiatief van IKL: op zes plekken in Heerlen worden bloemen ingezaaid. Hoe verliep dit contact tussen de bevoegde wethouder en IKL ? Hoe verloopt de monitoring, zoals o.a. niet te vroeg maaien ? Waarom is toentertijd samengewerkt met IKL, en niet met IVN of the Pollinators ?

  3. Zijn er sinds 2011 subsidieverzoeken ontvangen bij de gemeente Heerlen door IKL ? Zo ja, hoeveel subsidie is er in dat tijdsbestek door IKL aangevraagd, hoeveel subsidie is er aan IKL verstrekt en met welk doel is deze subsidie verleend ?

  4. Hoe monitort en evalueert de gemeente Heerlen de rechtmatige en doelmatige besteding van deze subsidie aan IKL ? Maakt governance hiervan onderdeel uit ? Zo ja, hoe ? Zo nee, waarom niet ?

  5. Is bij subsidieverlening gebruikgemaakt van de hardheidsclausule ? Zo ja, waarom en hoe vaak ?

  6. Zijn er sinds 2011 subsidieaanvragen van IKL afgewezen door het Heerlense college ? Zo ja, wat was de reden voor de afwijzing van de subsidieaanvraag door IKL ? Zo nee, waarom niet ?

  7. Is er door (voormalige) (provinciale) bestuurders of door leden van de RvT van IKL aangedrongen op subsidieverlening ? Zo ja, door wie en hoe vaak ?

  8. Indien vraag 7 bevestigend wordt beantwoord: ziet het college reden om deze casus dieper te onderzoeken ? Zo ja, hoe en wanneer ? Zo nee, waarom niet ?

  9. Heeft IKL bij deze opdrachten, c.q. subsidieverlening haar doelstelling behaald ?
  10. Zijn er in de verantwoording aan de gemeente Heerlen signalen geweest over de inhuur bij IKL Limburg dan wel de bezoldiging van de bestuurder of de subsidie ? Zo ja, wat waren deze signalen en wat is hiermee gedaan ?

  11. Heeft het Heerlense college in de periode 2011 tot op heden opdrachten verstrekt aan, dan wel medewerkers ingehuurd van, een of meerdere vennootschappen van de betreffende oud-gedeputeerde ? Zo ja, kunt u, indien nodig vertrouwelijk, een volledig overzicht van alle opdrachten, subsidies, doelstellingen en monitoring van het behalen van deze doelstellingen ter inzage leggen voor de Heerlense gemeenteraad ?

  12. Indien vraag 11 bevestigend wordt beantwoord: ziet het college reden om deze casus dieper te onderzoeken ? Zo ja, hoe en wanneer ? Zo nee, waarom niet ?

  13. Hoe zijn die aanbestedingen opengesteld, hoeveel kandidaten zijn er op gesprek geweest en hebben de aanbestedingen conform geldende aanbestedingsregelgeving plaatsgevonden?

14. IKL heeft ca. 7.000 vrijwilligers. Door de schandalen rond IKL zeggen vrijwilligers hun lidmaatschap op. Hoeveel vrijwilligers van IKL zijn er in Heerlen actief ? Hoe wil het college deze mensen gemotiveerd houden ?

Graag beantwoording van deze vragen binnen de geldende termijn.

Met vriendelijke groet,

Elian Geron

Raadslid Fractie Partij voor de Dieren Heerlen

Indiendatum: 31 mrt. 2021
Antwoorddatum: 21 apr. 2021

Geachte mevrouw Géron,

Naar aanleiding van uw vragen d.d. 31 maart 2021 inzake samenwerking gemeente Heerlen met de in opspraak geraakt oud gedeputeerde van CDA huize. delen wij u het volgende mede.

Vraag 1) Is er door het Heerlense college samengewerkt met IKL in de periode 2011 tot op heden, dus terwijl de betreffende oud-gedeputeerde daarvan directeur was? Zo ja, wanneer, hoe heeft deze samenwerking plaatsgevonden en hoeveel heeft het college betaald voor de samenwerking?

Gemeente Heerlen en IKL werken al meer dan 30 jaar structureel samen via jaarprogramma’s voor Natuur en Landschap. In 1989 werd het eerste ‘Werkplan 1989-1990 Kleine landschapselementen project Heerlen’ opgesteld en uitgevoerd. Deze jaarprogramma’s bundelen de werkvelden landschapsbeheer, soortbescherming, cultuurhistorie en vrijwilligerswerk. IKL is vanouds dé landschapsbeherende organisatie in Limburg en heeft veel betekend voor het behoud van ons agrarisch cultuurlandschap. Op basis van deze jarenlange samenwerking maken wij onderscheid tussen de werkorganisatie IKL en de affaire Vrehen.

De jaarlijkse bijdrage aan IKL bedraagt €5.000. De gemeente Heerlen geeft daarmee een van de kleinste gemeentelijke bijdragen aan IKL-jaarprogramma’s van Limburg. Tot 2014 verdubbelde IKL de gemeentelijke bijdragen via bijdragen van Provincie, EU-gelden en fondsen. Door het wegvallen van het overgrote deel van de provinciale bijdrage aan IKL in 2013, kunnen zij dit niet meer garanderen. Toch spant men zich nog altijd in om de gemeentelijke bijdrage te verdubbelen. Zo werd in 2020 onze gemeentelijke bijdrage van €5.000 omgezet in ruim €17.000 aan werkzaamheden ten behoeve van Natuur en Landschap.
Vanaf 2014 werd de heer Vrehen eerst interim en vervolgens directeur bestuurder van IKL. Er heeft sindsdien geen wijziging plaatsgevonden in de samenwerking met IKL.

Naast de structurele samenwerking voert IKL, op vraag van de Gemeente Heerlen, zo nu en dan opdrachten uit. Hierbij ging het sinds 2014, de periode dat de heer Vrehen bestuurder was, om cursussen voor het snoeien van hoogstamfruit door lokale groepen en inwoners, baggerwerkzaamheden aan de bron van de Geleenbeek in Benzenrade, het opstarten en uitvoeren van operatie Steenbreek en het opstellen en uitvoeren van een beheer en inrichtingsplan voor de RWZI in Terworm.

Vraag 2) Onlangs haakte de gemeente Heerlen in bij een initiatief van IKL: op zes plekken in Heerlen worden bloemen ingezaaid. Hoe verliep dit contact tussen de bevoegde wethouder en IKL? Hoe verloopt de monitoring, zoals o.a. niet te vroeg maaien? Waarom is toentertijd samengewerkt met IKL, en niet met IVN of the Pollinators?

Het bloemenlint is een initiatief van de provincie Limburg, IKL coördineert de aanvragen namens de provincie. De gemeentelijke contactpersoon van IKL heeft ons per e-mail gevraagd om een persbericht te verspreiden over het bloemenlint. Dit persbericht riep onze inwoners op om de biodiversiteit te verhogen door gebruik te maken van het bloemenzaadmengsel, dat voordelig aangeboden werd. Ook de gemeente Heerlen kon gebruik maken van dit aanbod. Dit is, met name publicitair, een mooi aanbod van de provincie. Het geeft ons mogelijkheden om extra aandacht te schenken aan de thema’s groen en biodiversiteit. Tegelijkertijd geeft het een kleurrijke invulling aan een aantal projecten die langer braak liggen dan verwacht. Deze aanpak blijkt succesvol, naast de zes gemeentelijke locaties waarop 13.000m2 bloemenzaad wordt gezaaid, zaaien nog zestien deelnemers in Heerlen 22.000m2 bloemenzaadmengsel.
De in te zaaien gemeentelijke locaties zijn doorgegeven aan stadsbeheer om met hen het beheer af te stemmen.

Het aanbod van de provincie kwam op het juiste moment, waardoor wij kozen om deel te nemen aan het provinciale bloemenlint. Eerder hebben wij samen met The Pollinators ook op zes plekken in Heerlen bloemenzaadmengsels gezaaid in het kader van Gebrookerbos.
Normaal gesproken maken wij niet snel gebruik maken van dergelijke zaadpakketten, wij zetten in op een beter beheer wat een duurzamer resultaat oplevert. Wanneer we toch zouden moeten of willen inzaaien dan hebben inheemse, op de aanwezige bodem en bestuivers afgestemde zaadpakketten onze voorkeur. Deze zijn echter veel duurder dan het door de provincie geboden pakket.

Vraag 3) Zijn er sinds 2011 subsidieverzoeken ontvangen bij de gemeente Heerlen door IKL? Zo ja, hoeveel subsidie is er in dat tijdsbestek door IKL aangevraagd, hoeveel subsidie is er aan IKL verstrekt en met welk doel is deze subsidie verleend?

De in opspraak geraakte bestuurder was sinds 2014 actief bij IKL. De samenwerking via het IKL jaarprogramma voor Natuur en Landschap is sindsdien niet gewijzigd. In 2017 vroeg IKL om de gemeentelijke bijdrage te verdubbelen. Dit omdat de bijdrage van €5.000 zeer beperkt is om werkzaamheden uit te voeren en er voldoende werk en vragen vanuit Heerlense inwoners voorhanden waren.

Ambtelijk stond de Gemeente Heerlen positief tegenover het verzoek maar konden we het vanwege budgettaire redenen niet toekennen.
IKL heeft in 2020, naar aanleiding van een provinciale prijsvraag, een aanbod gedaan om aan diverse Heerlense deelnemers insectenhotels te leveren met korting. Ook hieraan is ambtelijk zowel vanwege budgettaire, als ook inhoudelijke, redenen geen gehoor gegeven.

Vraag 4) Hoe monitort en evalueert de gemeente Heerlen de rechtmatige en doelmatige besteding van deze subsidie aan IKL? Maakt governance hiervan onderdeel uit? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?

IKL stelt elk jaar een jaarprogramma op met daarin de activiteiten die men wil uitvoeren. Deze zijn gebaseerd op structurele afspraken met vrijwilligers en groepen, vraaggericht vanuit bewoners of vanuit de Gemeente Heerlen. Bij het jaarprogramma hoort een begroting waarin elk project is begroot. Per project geeft men aan hoeveel financiering van de gemeente verwacht wordt en hoeveel IKL kan cofinancieren. Wanneer de gemeente goedkeuring geeft aan het programma en de begroting, voert IKL het conform programma uit. Gaande het jaar zijn er één of twee voortgangsgesprekken en het jaar wordt afgesloten met een jaarverslag.

IKL geeft regelmatig door wanneer werkdagen of andere activiteiten gepland zijn zodat de gemeente ambtelijk of bestuurlijk, indien gewenst, aanwezig kan zijn. Het jaarprogramma beschrijft ook de werkwijze van IKL, welke medewerker contactpersoon is en wie te benaderen is voor inhoudelijke vragen over specifieke werkvelden of projecten. De contacten met de diverse medewerkers zijn goed, het zijn betrokken medewerkers met doorgaans veel inhoudelijke kennis. Met de voormalige directeur bestuurder was geen contact over het jaarprogramma of andere werkzaamheden.

Vraag 5) Is bij subsidieverlening gebruikgemaakt van de hardheidsclausule? Zo ja, waarom en hoe vaak?

Nee, dit was niet nodig.

Vraag 6) Zijn er sinds 2011 subsidieaanvragen van IKL afgewezen door het Heerlense college? Zo ja, wat was de reden voor de afwijzing van de subsidieaanvraag door IKL? Zo nee, waarom niet?

Zie antwoord op vraag 3.

Vraag 7) Is er door (voormalige) (provinciale) bestuurders of door leden van de RvT van IKL aangedrongen op subsidieverlening? Zo ja, door wie en hoe vaak?

Nee, de contacten over werkzaamheden van IKL verliepen alleen via de inhoudelijke medewerkers van IKL.

Vraag 8) Indien vraag 7 bevestigend wordt beantwoord: ziet het college reden om deze casus dieper te onderzoeken? Zo ja, hoe en wanneer? Zo nee, waarom niet?

Er hebben geen (voormalige) (provinciale) bestuurders of door leden van de RvT van IKL aangedrongen op subsidieverlening.

Vraag 9) Heeft IKL bij deze opdrachten, c.q. subsidieverlening haar doelstelling behaald?

Er zijn geen opdrachten verstrekt of subsidie verleend door aandringen van (voormalige) (provinciale) bestuurders of door leden van de RvT van IKL.

Vraag 10) Zijn er in de verantwoording aan de gemeente Heerlen signalen geweest over de inhuur bij IKL Limburg dan wel de bezoldiging van de bestuurder of de subsidie? Zo ja, wat waren deze signalen en wat is hiermee gedaan?

Onze contacten met IKL gaan alleen over projecten ten behoeve van Natuur en Landschap of het betrekken van onze inwoners daarbij. In deze setting is nooit gesproken over of met de voormalige bestuurder of een van zijn bv’s. Voor zover ons bekend heeft slechts enkele maanden een medewerker meegewerkt aan het jaarprogramma die aangaf tijdelijk gedetacheerd te zijn, of welke wijze deze detachering bij IKL plaatsvond is ons niet bekend. Het gaf voor de Gemeente Heerlen geen wijzigingen aan de vooraf afgesproken projecten en kosten. De overige medewerkers zijn doorgaans al vele (tientallen) jaren in dienst bij IKL.

Vraag 11) Heeft het Heerlense college in de periode 2011 tot op heden opdrachten versterkt aan, dan wel medewerkers ingehuurd van, een of meerdere vennootschappen van de betreffende oud-gedeputeerde? Zo ja, kunt u, indien nodig vertrouwelijk, een volledig overzicht van alle opdrachten, subsidies, doelstellingen en monitoring van het behalen van deze doelstellingen ter inzage leggen voor de Heerlense gemeenteraad?

De werkzaamheden met IKL voor Natuur en Landschap staan beschreven bij het antwoord op vraag 1. Wat betreft opdrachten aan een van de BV’s van de heer Vrehen hebben wij in onze financiële systemen gezocht op 8 BV’s waarvan wij weten dat deze van de heer Vrehen zijn of waren. Daarnaast is gezocht op een drietal bij ons bekende woon- of werkadressen. Er zijn twee betalingen verstrekt door de Gemeente Heerlen aan twee BV’s waarvan wij nu weten dat deze van de heer Vrehen zijn:

  1. 1 postbezorging door Polo BV á €404,68

  2. 2 bijdrage aan scholingsfonds medewerker via Werkbank BV á €2.500

Ad1. Deze betaling is gedaan vanuit team re-integratie. Vanuit de samenwerking met het WerkgeverServicepuntParkstad (WSP) kwamen vacaturemogelijkheden bij Ricoh, een bedrijf dat post verwerkt van klanten van o.a. Vodafone. Polo BV was tussenpersoon tussen het bedrijf en de gemeente/WSP. Er zijn in die periode mensen geplaatst, via Polo BV, bij het bedrijf Ricoh. Bijstandsklanten starten hier met een proefperiode en bij goed functioneren volgde een contract. Bij de klant waar de factuur betrekking op heeft speelden problemen in de privésituatie waardoor direct plaatsing op de arbeidsmarkt risicovol was. De klant is uiteindelijk uitgestroomd naar betaalde arbeid, waardoor de uitkering beëindigd kon worden.

Ad2. Ook hier gaat het om een re-integratietraject van een HBO-opgeleide klant. Via het WerkgeverServicepuntParkstad (WSP) kreeg deze klant een werkintentie aangeboden bij Werkbank BV. In dit traject met WSP heeft de deelnemer een opleiding tot jobcoach gevolgd. De bijdrage die gemeente betaald heeft betreft de gemeentelijke bijdrage in het scholingsfonds.

Vraag 12) Indien vraag 11 bevestigend wordt beantwoord: ziet het college reden om deze casus dieper te onderzoeken? Zo ja, hoe en wanneer? Zo nee, waarom niet?

Nader onderzoek is niet nodig omdat de Gemeente Heerlen geen directe opdrachten gegeven heeft aan BV’s van de heer Vrehen. Beide betalingen hebben plaatsgevonden vanuit de samenwerking en binnen de afspraken met WSP en hebben ook het beoogde succes van plaatsing van een klant op de arbeidsmarkt opgeleverd.

Vraag 13) Hoe zijn die aanbestedingen opengesteld, hoeveel kandidaten zijn er op gesprek geweest en hebben de aanbestedingen conform geldende aanbestedingsregelgeving plaatsgevonden?

Wij hebben geen directe opdrachten gegeven aan de bv’s van de heer Vrehen.

Hoogachtend,
burgemeester en wethouders van Heerlen,

de gemeentesecretaris a.i. de burgemeester, L. Schouterden drs. R. Wever